Generale repetitie dag 1: Op naar Duitsland

Vloekend duw ik met alle macht tegen de krat, maar hij lijkt niet te willen meewerken. Intussen liggen mijn etenswaren te ontdooien, loop ik al een uur achter op schema en tot overmaat van ramp begint het opnieuw te regenen. Kortom: weer typisch zo’n ‘waar ben ik aan begonnen’-momentje.

Als de krat dan toch eindelijk op zijn plek schuift en ik eindelijk bij de auto-koelkast kan om de inhoud van mijn huis-koelkast er in te gooien, voel ik me alweer wat beter. Het was ook niet de schuld van de krat, realiseer ik me. Hij moest opboksen tegen de iets te hoog staande jerrycans. En die uur vertraging haal ik onderweg vast wel in.

Met hernieuwde energie veeg ik het zweet van mijn voorhoofd, stap uit de auto en gooi de natgeregende spullen in de auto. Dan ren ik voor de zoveelste keer de 3 trappen op naar mijn appartement en haal daar de laatste spullen op: het driedelige matras en de laatste tas. Als ik de deur achter me dichttrek gaat er een rilling door m’n lijf; dit is misschien nog niet het échte avontuur, maar niettemin een heel belangrijk weekje. Nu zal moeten blijken of 2 maanden keihard zwoegen aan de auto het gewenste resultaat hebben opgeleverd, en of ik deze vorm van reizen wel aan kan (in mijn eentje) en – minstens even belangrijk – of ik het wel leuk vind!

Aan mijn uitrusting kan het niet liggen. Ik heb zoveel troep bij me dat ik onmogelijk iets vergeten kan zijn. Toch? Nee dus…

Zoals gezegd met een uur vertraging, en met een gezonde dosis spanning start ik de motor en rij de straat uit. De eerste stop is het tankstation op de hoek. Daar tank ik net genoeg bij om het te redden tot Luxemburg. Terwijl de diesel de tank in gutst realiseer ik me ineens dat ik mijn benzinetankje vergeten ben. Die heb ik nodig voor het kookstel. En dus rij ik weer naar huis.

Ik trek de deur weer achter me dicht, loop de galerij af en bedenk me dat ik het fruit vergeten ben. Dus: weer terug. Een sterk begin van de reis, nietwaar? Ach, die dingen gebeuren, dus ik trek het me niet aan.

 

Het plan voor deze week is als volgt: over de snelwegen Brussel voorbij rijden, dan over binnenwegen via Bastogne naar Clevaux (Luxemburg) rijden. Daar ergens in de buurt beide dieseltanks helemaal volgooien en nog altijd over binnenwegen naar Strotzbüsch (Duitsland) rijden. Daar bevindt zich de natuurcamping waar ik een paar nachten zal blijven.

Woensdag rij ik door naar Bad Kissingen, waar ik op de camping van de Abenteuer & Allrad beurs zal blijven tot zaterdag of zondag. En dan naar huis, al dan niet met overnachting onderweg.

Tot zover de theorie. Nu de praktijk!

Ik rij lekker door en ben in mum van tijd Brussel voorbij gereden. Tijd om de GPS er maar eens bij te pakken en een route te plotten. Helaas blijkt de zekering van de oplader kapot te zijn. Ik rij nog een eind door en hou lunchpauze op een pleisterplaats. Terwijl ik op wat druiven kauw, haal ik een andere kabel tevoorschijn en wek daarmee de GPS tot leven.

De route naar Bastogne leidt me over slecht onderhouden, smalle weggetjes door prachtige landschappen. De auto is in zijn element. Dit is een prachtige test om te zien of ik de lading goed verdeeld en vastgezet heb en de kast inderdaad zo stevig is als ik had ingeschat. Alles blijft keurig op zijn plek. De kanarie lijkt zelfs wel te dansen van geluk over de vele kuilen, scheuren en hobbels in/op de weg en ik geniet van elk moment.

 

Vlak over de grens van Luxemburg kom ik een tankstation tegen en weet ruim 100 liter diesel naar binnen te gooien.

Clevaux is een mooi stadje en dus hou ik er een korte fotostop alvorens het laatste segment af te leggen.

De Duitse autobahn betekent door kachelen, nietwaar? Nou, niet helemaal. Op de afdalingen tik ik zelfs een keertje de 160 km/u aan, maar op de beklimmingen kom ik doorgaans niet boven de 70 km/u uit. Mij kan het niet schelen, maar de racemonsters die met 200 km/u komen aan gesjeesd moeten toch even uitwijken.

Bijna de hele rit heeft het in meer of mindere mate geregend, maar naarmate ik mijn bestemming nader klaart het hier en daar op.

 

De camping ligt in een kleine maar diepe vallei, aan het einde van een steile haarspeldbocht. Beneden word ik verwelkomt door de gastvrouw, die me direct de faciliteiten aanwijst en zegt dat ik een plekje mag uitzoeken.

Na deze korte introductie rij ik het terrein op en zet de auto bij wat bomen neer, maar verplaats kort daarop naar een ander plekje, omdat het hier verre van rustig is. Sowieso is het terrein een stuk kleiner (en dus per saldo drukker) dan ik had verwacht. Twee kleine keffertjes komen regelmatig langslopen en keffen een aantal keer vele minuten lang de boel bij elkaar. Loslopende kinderen zijn er ook. Eén dreumes presteert het zelfs om achter het stuur te kruipen als ik even niet oplet!

Desondanks is het hier goed toeven. Over het algemeen is het lekker rustig en de omgeving is erg mooi.

 

Dan begint het kamperen! Op zichzelf niet erg spannend natuurlijk, maar omdat ik deze levensstijl straks een jaar lang wil aanhouden, is het voor mij wel spannend of het bevalt en of ik aan alles gedacht heb.

Voor het eerst kan ik de luifel opzetten en de deurtafeltjes gebruiken voor het koken. Dat gaat allemaal voortreffelijk. Ik ontdek wel wat verbeterpuntjes, dus die noteer ik allemaal. Daar gaat het deze trip uiteindelijk om!

 

Er zijn buien, maar soms breekt ook de zon door en is het heerlijk warm. Zittend onder het luifel met een kop thee in de hand is het echt genieten. Hier kan ik wel aan wennen!

Een gedachte aan “Generale repetitie dag 1: Op naar Duitsland

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.